Gemeente Berkelland beschermt roeken ondanks overlast

Gemeente Berkelland, 13 september 2006

Burgemeester en wethouders van de gemeente Berkelland hebben het roekenbeschermingsplan vastgesteld. Het plan geeft aan dat verplaatsing van roekenkolonies moeilijk realiseerbaar is en wettelijk alleen kan worden toegestaan wanneer er alternatieve locaties in de buurt zijn waar de roeken wél kunnen nestelen. Maar ook dan is het zeer de vraag of de problematiek wordt opgelost. Alles afwegende –ondermeer na uitgebreid onderzoek en op basis van het roekenbeschermingsplan- heeft het college besloten af te zien van het verplaatsen van roekenkolonies.

Problematiek

De aanwezigheid van roekenkolonies in en tegen de bebouwde kom van Neede en Eibergen geeft sinds vele jaren ergernis bij enkele omwonenden. Jaarlijks bleken 5-10 klachten per voormalige genoemde gemeenten binnen te komen, waarbij vaak dezelfde mensen een beroep op de gemeente deden. Het feit dat problemen als geluids- en uitwerpselenoverlast die de roek geeft niet direct op te lossen zijn, veroorzaakt bij de betrokken inwoners –terecht- de nodige stress. Diverse verjagingsacties hebben in het verleden echter tot niets geleid. Talloze gesprekken en oplossingen zijn al aangedragen en uiteindelijk werd het probleem na verjaging alleen maar erger doordat de roeken zich verspreidden en kleinere kolonies stichtten.

Roekenbeschermingsplan

Gezien de geschetste problematiek heeft het college vorig jaar besloten om deel te nemen aan het regionale roekenbeschermingsplan. Vervolgens is opdracht gegeven een gemeentelijk roekenbeschermingsplan op te stellen om zodoende de klachten en de mogelijkheden om in te grijpen serieus in beeld te krijgen. In juni 2005 kon het roekenbeschermingsplan Achterhoek worden gepresenteerd. In het inmiddels gereed gekomen gemeentelijke roekenbeschermingsplan zijn vervolgens in Berkelland de huidige broedlocaties en eventueel geschikte alternatieve broedlocaties voor mogelijke verplaatsing van de nesten onder de loupe genomen.

De roek in het algemeen

De roek behoort tot de familie van de kraaiachtigen. De soort is een koloniebroeder en nestelt vroeg in het voorjaar of zelfs in de winter. Zijn oorspronkelijke habitat zijn beek- en rivierdalen. Ondanks dat hij een alleseter is, eet de roek voornamelijk bodemlarven van langpootmuggen en meikevers. Zijn opmars dankt hij voornamelijk aan het feit dat men geen gebruik meer maakt van zware en verboden onkruid- en insektenbestrijdingsmiddelen als DDT-Parathion en het feit dat hij niet meer mag worden bejaagd.

Verspreiding roek in de gemeente Berkelland

De roekenkolonies komen alleen in de voormalige gemeenten Neede en Eibergen voor. In 2005 waren er 5 broedlocaties met 223 nesten in Neede en in Eibergen waren dat 5 broedlocaties met 432 nesten. De laatste 5 jaren is er in Neede een lichte stijging van het aantal nesten te zien en in Eibergen blijft de populatie nagenoeg gelijk.

Jaarlijks kwamen er 5-10 klachten per voormalige gemeente Eibergen en Neede binnen over uiteenlopende zaken: geluidsoverlast, uitwerpselen, schade aan landbouwgewassen, beschadiging van rieten daken en predatie op jonge weidevogels.

In 2006 zijn er t/m 31 augustus, in heel Berkelland 6 klachten of vragen over roeken geregistreerd.

Opties/overwegingen

Uit het gemeentelijk roekenbeschermingsplan blijkt dat alle voormalige verjagingsacties niet het gewenste resultaat hebben opgeleverd. De problemen zijn alleen tijdelijk opgelost en hebben zelfs tot een vermeerdering van de roekenkolonies en klachten geleid. Voor het verjagen wordt geen ontheffing van de Flora- en faunawet gegeven.

Onderstaand enige overwegingen omtrent mogelijke beheermaatregelen:

  1. Aanwijzen nieuwe locatie; verplaatsen van nesten en verjagen van roeken op probleemlocaties. Wanneer wordt gekozen voor het verplaatsen van roekennesten op probleemlocaties dan is dit waarschijnlijk een tijdelijke oplossing van het probleem. De kans is erg groot dat zich binnen enkele jaren weer roeken gaan vestigen aangezien het vanouds zeer geschikte broedlocaties zijn. Ook kunnen ze nieuwe (probleem) locaties gaan bewonen. Dit betekent dat er een cyclisch beheer kan komen van verplaatsingsactie na verplaatsingsactie.

  2. Niets doen. Gezien het feit dat er slechts een beperkt aantal mensen klaagt over de roeken en het probleem niet op korte termijn oplosbaar is en wellicht ook niet op lange termijn kan worden gekozen om niets te doen. De locaties waar de roeken nestelen zijn vaak van oudsher geschikte broedgebieden. De oude groenstructuren zijn nu de locaties waar de problemen ontstaan. In deze omgeving zijn vele bosjes en houtwallen verwijderd. De bebouwing en bijhorende infrastructuur zijn opgerukt en hebben de probleemlocaties omsloten met alle gevolgen van dien.
  3. Omzagen alle bomen op probleemlocatie(s). Het omzagen van alle bomen op de vier probleemlocaties biedt een uitkomst om definitief van de problemen af te zijn. Daarbij moet worden vermeld dat drie van de vier locaties in de concept “bijzondere” bomenlijst zijn opgenomen. Te verwachten is dat de roeken alternatieve broedlocaties zullen zoeken en dat er weer nieuwe probleemlocaties zullen ontstaan.

Alles overwegende heeft het college gekozen voor optie 2.

Google

Bron: Website Gemeente Berkelland, ingekort

home...