Het is dit jaar al langer een flink punt van aandacht: door onder meer het harde geluidsniveau in de horeca krijgen steeds meer jongeren gehoorschade. In een nieuw rapport adviseert de Gezondheidsraad aan staatssecretaris Maarten van Ooijen (Volksgezondheid) om het maximale geluidsniveau met de helft te verlagen. Die gaat zich er nu over buigen.
In de Tweede Kamer klinkt al langer de roep om te kijken naar een wettelijk geluidsmaximum van bijvoorbeeld 100 decibel in uitgaansgelegenheden. Dit gebeurde nadat artsen en audiologen hun zorgen hadden geuit over de volgens hen sterke toename van tinnitus (oorsuizen) bij jongeren. Uit Nederlands onderzoek onder jongeren van 12 tot 19 jaar blijkt dat 54% risico loopt op gehoorschade door bijvoorbeeld het gebruik van persoonlijke muziekspelers of blootstelling aan harde muziek tijdens uitgaan.
Opeenstapeling van gehoorschades kan uiteindelijk leiden tot permanent gehoorverlies. Met bijna alle sectoren (behalve de horeca) is om die reden afgesproken dat muziek niet langer dan een kwartier harder mag zijn dan 103 decibel. Die afspraak, vastgelegd in een convenant in 2018, leidde de afgelopen maanden tot felle kritieken. Het gaat hier namelijk niet om een wettelijk vastgelegde grenswaarde. Handhaving is niet mogelijk, organisatoren moeten zelf erop toezien dat de afspraken worden nageleefd.
Een meerderheid van de Tweede Kamer reageerde verbolgen op de zorgen van de artsen en eiste na berichtgeving actie van de staatssecretaris. Die wilde eerst het advies van de Gezondheidsraad afwachten (het onafhankelijke wetenschappelijke adviesorgaan voor overheid en parlement). Dat advies ligt er nu dus.
De Gezondheidsraad benadrukt dat de maatregelen niet alleen gelden voor muziekevenementen en concerten, maar bijvoorbeeld ook voor sportscholen en horeca-zaken. Die laatste sector weigert ondanks verschillende oproepen mee te doen aan het huidige convenant. Volgens Koninklijke Horeca Nederland voldoet 95 procent van alle zaken [waaronder lunchrooms, restaurants en eetcafés] momenteel aan de geluidsnorm die in het convenant is afgesproken. Er is vooralsnog geen behoefte om aan te sluiten bij het convenant, tot frustratie van de staatssecretaris. ‘Mogelijk is een dwingender aanpak aangewezen, zoals wetgeving’, stelt de Gezondheidsraad nu.
Het is nog onduidelijk of en welke delen van het advies worden overgenomen. De Tweede Kamer praat op 8 december alvast over eventuele tussentijdse maatregelen om gehoorschade te voorkomen, zo meldde staatssecretaris Van Ooijen (VWS) eerder aan de Kamer, aldus de NOS.
De horeca zelf pleit voor een bredere aanpak en zien weinig in een wettelijke aanscherping. Volgens hen komt gehoorschade ook bij jongere kinderen voor die niet blootgesteld worden aan hard horecageluid. “En dus moeten we alles onder de loep nemen, zoals de hoofdtelefoons die sommigen urenlang per dag in hebben voor muziek en om te bellen. Niet alleen focussen op bijvoorbeeld een horeca of evenementenbezoek wat eerder een paar uur per week of soms per maand is”, zegt een woordvoerder van Koninklijke Horeca Nederland (KHN) in het AD.
Bronnen: Parool, Gezondheidsraad , NOS, AD