Meer of minder windturbines in Overijssel?

Als de windturbineplannen van Overijssel worden afgewezen, betekent dit niet minder, maar meer turbines voor Overijssel. Met het plan houdt de provincie grip op aanvragen van ontwikkelaars van windturbineparken. Met de nieuwe beleid zal de provincie ruimtes voor windturbineparken mogen aanwijzen. Zonder het plan kunnen overal, indien dit vergunningstechnisch kan, parken ontwikkeld worden. Afgelopen week werd dit dilemma besproken door de fracties in de provincie.

De PVV is het met beide opties niet eens. Hierop zei Renate van der Velde (ChristenUnie): „U zou dan met een motie moeten komen om heel Overijssel als uitsluitingsgebied voor windmolens te bestempelen.” Fractieleider Gerrit Jansen zei hierop: „Wacht u de Statenvergadering dan maar af.” Remco Roelofs van Forum voor Democratie gaf daarna snel aan dat híj wel met zo’n motie gaat komen. Volgens gedeputeerde Tijs de Bree van Milieu en Energie is dit niet mogelijk, omdat er geen ruimtelijke argumenten zijn.

Het lijkt erop dat de meerderheid van de Provinciale Staten over twee weken wil instemmen met de windmolenplannen, omdat het voor hen het beste van twee slechte opties is. Opvallend is dat de meeste inwoners die hun mening kwamen geven over de plannen, het nieuwe beleid willen schrappen. De Statenleden denken dat de boodschap niet goed op hen is overgekomen, omdat dat juist meer windmolens zou betekenen.

„Ik hoor mensen zorgen uiten over slagschaduw, geluid en trillingen”, zei De Bree. „Het is een grote lijst. De kunst is dat we laten zien hoe die punten van zorg een plek krijgen in de besluitvorming. En wanneer. Tegelijkertijd gaat het nu over de keuze hoe je wilt omgaan met de energietransitie. De vraag is niet of ze er komen, maar hoe wil je de juiste keuzes maken. Waar wil je de windturbines hebben, onder welke voorwaarden. Hoe ga je ze ruimtelijk inpassen? Het gaat nu over de hoofdkeuzes.”

Bronnen: Tubantia (1), Tubantia (2)