Zuid-Holland gaat betalen voor een flink aantal metingen dat in de woonwijken rond Rotterdam The Hague airport gevoerd gaat worden. Op deze manier wil de provincie de geluidsoverlast beter in kaart brengen. Door het toegenomen aantal vakantievluchten, klagen er namelijk al jaren tal omwonenden.
In augustus kwamen er dit jaar 10.986 klachten binnen, ten opzichte van 7.818 in dezelfde maand in 2019. Dit terwijl het aantal vliegbewegingen nu op 5.141 lag en twee jaar eerder op 5.651. „Het lijkt aannemelijk dat een periode van bijzonder weinig vliegverkeer ervoor heeft gezorgd dat de toename extra opviel”, zei Willemeike Koster van Schiphol tegenover het Algemeen Dagblad.
Naast dat de provincie 275.000 euro uitgeeft aan de metingen, stelt ook Rotterdam 80.000 euro beschikbaar. ,,Het is aan de burgers om te bepalen waar en hoeveel meetapparatuur er wordt ingezet’’, zegt het Zuid-Hollandse statenlid Robert Klumpes van GroenLinks in het Algemeen Dagblad.
Echter, dit betekent niet dat de geluidsmetingen echt een verschil gaan maken. De hoeveelheid geluid die RTH Airport mag maken, wordt bepaald door modellen. ,,De volgende stap is dat het RIVM de geluidsmetingen laat meewegen in de modellen. Je kunt niet de werkelijkheid aan de modellen aanpassen,’’ zegt Klumpers in het Algemeen Dagblad.
Tegenwerking
Jeroen Postma (GroenLinks Rotterdam) en Klumpes vinden dat het vliegveld niet goed meewerkt aan het plan voor meer meetpunten die burgers uitkiezen. Klumpes: ,,Het is jammer dat de luchthaven deze verantwoordelijkheid niet neemt. Het is ook in hun belang, dat het over feitelijke metingen gaat in plaats van subjectieve klachten,’’ geeft hij aan in het Algemeen Dagblad.
Het vliegveld heet zelf ook al een netwerk met geluidmetingen. ,,Met de Rijksoverheid zijn we in gesprek over het programma meten en rekenen’’, zegt een woordvoerder van RTH Airport in het Algemeen Dagblad. ,,We kijken hoe we dat kunnen uitbreiden en aanpassen. Mogelijk kan het meetnetwerk van de burgers aansluiten op de initiatieven die we al hebben genomen.’’
Bron: Algemeen Dagblad, NRC
